Bij het Algemene Beschouwingen in september 2011 zegt PVV-leider Wilders tegen premier Rutte: “Doe eens normaal, man!” Wilders raakte geïrriteerd omdat Rutte afstand nam van de uitspraak van PVV’er Van Roon dat de Turkse premier Erdogan een “islamitische aap” is. Rutte reageerde vervolgens zelf met de opmerking dat Wilders zelf normaal moest doen. Maar wat verwachten ze nu eigenlijk van elkaar? Wat bedoelen ze met normaal doen?
Hoe vaak zeggen we niet tegen een ander “Doe effe normaal”. Pas nog hoorde ik een moeder in de Albert Hein tegen haar zoontje van een jaar of zeven zeggen “Wil je even normaal doen, anders mag je niet meer mee”. Het jongetje was met zo’n klein kinderwinkelwagentje allerlei lekkere dingen aan het verzamelen. Hij deed het in de kar en zijn moeder zette het vervolgens weer terug in de schappen. Wat is normaal?
Een poosje geleden zag ik een groep jongens en meisjes van een jaar of 15 op het schoolplein van een VMBO. Ze trokken mijn aandacht omdat ze elkaar aan het uitdagen waren, wat stoeiden en daarbij hard aan het lachen waren. Maar ineens was het over. Eén van de meisjes riep “Hou op man, doe normaal”. Ze keek boos naar één van de jongens. Waarop de jongen zei: “Wat doe ik dan”. Het meisje zei niets maar de andere meisjes schaarden zich om haar heen en keken ineens ook boos. Daarna liepen ze gezamenlijk weg. De jongens bleven verbaasd achter. Tja, wat heeft ze nu bedoeld? Ze snapten er blijkbaar niets van.
In deze voorbeelden wordt duidelijk dat we bepaald gedrag van elkaar verwachten of afkeuren. Als gedragsverwachtingen niet duidelijk zijn dan kan dat voor veel verwarring, boosheid en irritatie zorgen. Projecterend op een klassituatie kan het de sfeer binnen de groep behoorlijk bederven met alle gevolgen van dien. Voortdurend corrigeren van gedrag, het bespreken van incidenten, het uitpraten van ruzies en het bedenken van passende sancties levert niet altijd het gewenste resultaat op. Het vreet energie en gaat ten koste van de onderwijstijd.
Hier kunnen we proactief zeker iets aan doen. Het is belangrijk om tijdens het proces van groepsvorming expliciet aandacht te besteden aan gedragsverwachtingen. Dit doe je al in de tweede fase van de groepsvorming; de normeringfase. Dus voordat studenten zich gaan presenteren en zelf de norm gaan bepalen ga je aan de slag met ‘normeren’. In een eerder blog van Peter Loonen over constructieve groepen: 7 tips voor een goede start! Kun je nog eens nalezen welke fases er worden onderscheiden in groepsvorming en hoe je, als docent, de groepsvorming positief kunt begeleiden en beïnvloeden.
Aan de slag met normeren, hoe pak je dat aan?
Gedragsverwachtingen baseer je op de gemeenschappelijke waarden van de school, zoals bijvoorbeeld respect, het nemen van verantwoordelijkheid en veiligheid; Zo gaan wij hier met elkaar om! Verreweg de meeste mensen zullen het ermee eens zijn dat je de ander respectvol moet behandelen. Op het moment echter dat je deze gemeenschappelijke waarde vertaalt naar gewenst gedrag, kunnen verschillen optreden. Je kunt als docent verwachten dat studenten respect hebben voor jou omdat je docent bent, terwijl de studenten veel meer kijken naar de persoon achter de docent. Door hierover met elkaar in gesprek te gaan en ervoor te zorgen dat je weet wat je van de ander verwacht, krijgen de waarden ‘meer waarde’ en zullen zowel de docenten als de studenten beter in staat zijn om het gewenste gedrag te vertonen. Hieronder volgt een voorbeeld hoe jij in gesprek kan gaan met studenten over waarden.
Stap 1
Verdeel de klas in kleine groepen en zet een waarde centraal, bijvoorbeeld respect. Vraag de studenten om elkaar te vertellen wat ze respectvol gedrag vinden. Het liefst met concrete voorbeelden. Iedere groep krijgt een flap om zoveel mogelijk gedragsverwachtingen te noteren die ze uit de verhalen destilleren. Wees concreet! Bijvoorbeeld: iedereen mag naast me zitten of ik laat een ander uitspreken.
Stap 2
Inventariseer plenair alle gedragsverwachtingen. Maak samen een top 5 van gedragsverwachtingen die iedereen belangrijk vindt.
Stap 3
Maak 5 groepen en geef iedere groep de opdracht om het gedrag/de gedragsverwachting te verbeelden in een filmpje, rollenspel, cartoon ect.
Stap 4
We gaan er niet zonder meer van uit dat elke student over de vereiste vaardigheden beschikt om te voldoen aan de gedragsverwachtingen. Besteed daarom tijd aan het aanleren van deze vaardigheden door:
- goed gedrag te complimenteren. Leg ook studenten uit wat de waarde van het geven van complimenten is
- studenten elkaar op een goede manier te leren aanspreken op gedrag
- zelf een rolmodel te zijn
Ik zou zeggen: probeer het eens uit!
Ik kan me voorstellen dat je andere vormen gaat gebruiken of al hebt gebruikt om het gesprek over gedragsverwachtingen te voeren. Ik ben benieuwd naar jullie reacties op deze blog en ervaringen! Deze kun je plaatsen in het onderstaande reactieveld.