Vorige week heb ik een aantal tips met jullie gedeeld om hardwerkende, gemotiveerde en betrokken studenten te krijgen.
Deze week een vervolg op basis van de reacties die ik gekregen heb (waarvoor enorme dank!). Jullie reacties maken de blog nog veel nuttiger voor collega’s: bij deze dus nogmaals de oproep om te reageren omdat dit de opbrengst véél en véél beter maakt!!
Hieronder mijn associaties bij de tips die gegeven zijn:
Reactie Simone en Matt:
Neem de student serieus. Geef hen vertrouwen, behandel ze als je toekomstige collega. Haakt aan bij tip 10.
en
1.- wees oprecht naar de student en corrigeer ze op een correcte manier: noem wat je ziet, zeg hiervan wat je niet bevalt en noem het gedrag dat je wenst.
2. geef ook regelmatig positieve feedback, benoem goed gedrag, beloon goede opdrachten of antwoorden.
3. wees ook een rolmodel buiten je les.
Dit haakt zeker aan bij de tip om de student als toekomstig beroepsbeoefenaar te zien vanaf dag 1 dat ze in de opleiding actief zijn. Gelijkwaardigheid tussen docent en student is cruciaal. Bij de opleiding Voeding en Dietetiek van de HAN proberen docenten dit vanaf dit schooljaar in de praktijk te brengen. Niet makkelijk, wel heel inspirerend. Hier wordt gesproken over DIO’s (diëtisten in opleiding). De kunst is om inhoudelijk expertise te delen met de dio’s en toch gelijkwaardigheid in stand te houden. Een dilemma is overigens ook de houding van de student die regelmatig in een consumentrol vervalt (“zeg mij maar hoe de wereld in elkaar zit”). De docent wordt gevraagd om de student buiten zijn comfortzone te brengen. Dit schuurt en roept weerstand op bij de student. Hoe lastig ook, dit is wel nodig om het leren te verdiepen.
Afgelopen vrijdag mocht ik gespreksleider zijn van een studentpanel en de studenten geven letterlijk aan: daag ons uit en help ons bij het zelf doen!
Reactie van Jos:
Ben het eens met de meeste tips. Alleen die hoge frequentie toetsen zou ik absoluut niet delen. prof. f. Dochy meldt nog eens heel nadrukkelijk in zijn laatste publicatie “High Impact Learning that lasts” Dat het gaat om formatief toetsen en vaak feedback geven maar toetsen met cijfers moeten echt omlaag. Ze houden studenten af van diep leren! Mijn tip dus: Monitor het leerproces van de student en geef veel en direct feedback, feed up en feed forward (Hattie).
De essentie van mijn tip was juist om cumulatief te toetsen (van Berkel, 2012) . Niet zozeer kleine toetsen (met een cijfer) die ieder voor zich een horde vormen voor de student en weer herkanst moet kunnen worden maar één grote toets in deeltoetsen (die meetellen) opknippen. De toetst die normaal uit 100 vragen bestaat, knip je op in 30-30-40 vragen. De student krijgt na de eerste dertig vragen (bijv. na 2 weken) te horen hoeveel vragen er goed of fout zijn. Hij/ zij weet dan hoeveel er nog te compenseren valt in de rest van het blok. Bovendien biedt het de mogelijkheid aan de docent om vragen die door bijna alle studenten fout gemaakt zijn opnieuw uit te leggen. Feed-forward, feed-up en feedback nadrukkelijk gebruiken naast de prikkel die uitgaat van toetsen. Zeer eens en een waardevolle tip.
De studenten in de studentarena van afgelopen vrijdag waren unaniem in hun mening: “wanneer er minder herkansingen zijn (en wanneer die ook nog in de zomervakantie gepland worden) dan zou ik beter leren voor mijn eerste kans”. Gebruik aub deze inzichten: minder herkansingen want de student komt eerst kijken hoe de vraag eruit ziet en gaat daarna pas serieus aan de slag.
De tips van Elly:
– bespreek voorafgaand aan de lessen(serie) wat zij prettig en belangrijk vinden in de les; zowel qua werkvormen als qua inhoud.
– doe daar ook wat mee (al hoef je natuurlijk niet volledig naar hun pijpen te dansen)
– evalueer lessen; zowel m.b.t. inhoud (korte quiz bijvoorbeeld) als m.b.t. werkvormen en jouw / hun inzet.
– en laat in je volgende les(sen) merken dat je hun inbreng bij de evaluatie serieus neemt.
Prachtige tips! Zeker gaan gebruiken. Aanvullend is bijgevoegde cirkel in te vullen met studenten. Waar wil je dat we de volgende les meer/ minder van doen, waar moeten we mee doorgaan, waar moeten we mee stoppen of waar wil je mee starten?
Reactie van Richard:
Ik sluit even aan op de zin “wanneer wij er nu eens vanuit gaan dat” aan het begin van het betoog. Mijn tip, laat oma thuis. Oordelingen, Meningen en Aannames en kijk naar het talent dat voor je zit. Niet makkelijk, zeker waardevol. Tip 10, doorsteekjes naar het werkveld, doen!, het helpt bij het beantwoorden van de waarom vraag (waarom zit ik hier om 08.30 uur in deze les?).
Doorsteekjes naar het werkveld zijn uiteraard heel waardevol omdat dit aansluit bij de motivatie van studenten. Het werkveld is de belangrijkste reden waarom zij voor de opleiding gekozen hebben. In onderstaand schema ter bevordering van de motivatie van Huub Nelis en Yvonne van Sark (2014) is zichtbaar dat juist die verbinding met het werkveld kan leiden tot identificatie en integratie van de doelen. In deze fase schuiven we langzaam op naar meer autonome motivatie.
Richard geeft de tip om oma thuis te laten. Deze tip over communicatie is aan te vullen met de volgende ezelsbruggetjes in communicatie met studenten:
Tip van Monique:
Wat ik mis bij al deze tips….de inhoud van de les!
Welke werkvorm of toetsvorm je ook kiest….studenten willen inhoudelijk goede lessen.
Studenten die aan het einde van de dag moe maar voldaan naar huis toe gaan…wat hebben we veel geleerd vandaag!
Dit sluit aan bij de opmerking van studenten in het eerder genoemde studentenpanel: daag ons uit en we willen een voldaan gevoel hebben aan het einde van de dag. Zelf oplossingen verzinnen en creativiteit mogen gebruiken is wat alle studenten vragen. De huidige generatie wil zinvol bezig zijn, een bijdrage leveren aan de maatschappij en serieus genomen worden. Zoals Biesta (2015) aangeeft wordt de opdracht voor het onderwijs gevormd door drie bestanddelen: 1) kwalificatie (de inhoud), 2) socialisatie (leren van de gewoontes en rituelen in een beroep) en 3) personificatie (persoonlijke ontwikkeling). De inhoud van het beroep doet er zeker toe. Het mooie van Biesta is bovendien dat hij niet zozeer het leren centraal stelt maar het leren van iets (een vooraf gedefinieerd doel) van iemand (de docent).
Reactie van Tom:
Mijn mening: Ga intentioneel uit van een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het ‘slagen’ van een les/semester/jaar/opleiding. Niet op basis van gelijkheid, maar op basis van gelijkwaardigheid. Zie deze verantwoordelijkheid als een gradatie, die per moment en per student verschilt. Soms is de docent verantwoordelijker (bv aan het begin van een semester, scheppen van kaders/structuur), soms is de student meer verantwoordelijk (individuele opdrachten waarbij de docent meer een coachende rol vervult). De ene student is tevens de ander niet. Sommigen vinden het moeilijk om de verantwoordelijkheid te pakken, anderen ervaren het als verlossend. Maak deze verantwoordelijkheid bespreekbaar, continu. Dat betekent niet één keer aanstippen in een les. Studenten dienen daadwerkelijk te voelen dat zij verantwoordelijkheid hebben en willen dan ook zo behandeld worden. Opleggen van verantwoordelijkheid kan juist averechts werken. Het waarom ontbreekt. Voor veel docenten betekent dit loslaten. Meer loslaten van eigen projecties, verwachtingen en (de ook opgelegde) externe druk van prestatieafspraken oid.
In een eerder stadium heb ik het model van situationele didactiek geïntroduceerd (https://metis-onderwijsadvies.nl/2014/02/24/situationele-didactiek-waarom-verliest-sven-de-10-kilometer/). Op basis van de reactie van Tom moest ik hier weer aan denken. Op basis van het model van situationeel leiderschap heb ik het model aangepast richting motivatie en competentie. Het maken van onderscheid tussen studenten is een cruciaal onderdeel van het serieus nemen van je student, bieden van gelijkwaardigheid en zoeken naar uitdaging voor ieder individu. Hieronder eerst het analyse model en vervolgens het interventiemodel.
En nu de vraag om actie: vul hieronder de tips en inzichten aan in het reactieveld. Je bent hierdoor zeer waardevol voor jouw collega’s
Bron:
Berkel, H.van; E. Jansen & A. Bax. (2012). Studiesucces bevorderen: het kan en is niet moeilijk. Bewezen rendementsverbeteringen in het hoger onderwijs. Den Haag: Boom Lemma Uitgevers.
Biesta, G. (2015). Het prachtige risico van onderwijs: Uitgeverij Phronese.
Nelis, H. & Y van Sark. (2014). Motivatie binnenstebuiten. Het geheim achter gemotiveerde pubers, enthousiaste leerlingen en gedreven studenten. Utrecht/ Antwerpen: Kosmos UItgevers.