Na de zomer ben ik samen met mijn collega Floor van Venrooij een podcast-serie begonnen voor startende docenten. Een aanleiding voor de podcast is dat ik me afvroeg waarom er zo veel startende docenten binnen vijf jaar stopt. Is dat omdat de werkdruk te hoog is? Omdat je andere verwachtingen had van het vak? Of omdat de doelgroep toch niet helemaal aanspreekt? In deze blog neem ik je mee in mijn zoektocht naar wat nou maakt dat startende docenten stoppen, want het is zo’n mooi vak en tóch lukt het niet om de docenten binnenboord te houden. Tegelijkertijd vraag ik mij ook af hoe we ervoor kunnen zorgen dat ze wél aangehaakt blijven. Dat lees je in mijn volgende blog.
Ik herken mezelf in de docenten die vroegtijdig stoppen, want zelf heb ik ook altijd gedacht dat ik juf zou worden op een basisschool. Toen het moment eenmaal daar was zat ik niet op mijn plek en ben ik verder gaan zoeken. Ik heb tot nu toe alleen mijn eigen ervaring en daarnaast heb ik een aantal mooie gesprekken gevoerd met andere startende docenten middels de podcast. In mijn verdere zoektocht naar de waaromvraag ben ik gestart met het zoeken van informatie op internet en heb ik mij een weg gewaand in de recente wetenschappelijke artikelen.
Onrealistische taakverdelingen
Als eerste stuitte ik op een ervaringsverhaal van een docent die binnen vijf jaar is gestopt als docent Nederlands. Deze docent vertelde: ‘Het voorbereiden van een les? Dat duurt maar een kwartiertje, volgens het taakbeleid.’[1] Een kwartiertje voor een lesvoorbereiding, hoe dan als startende docent? Is dat reëel? En kunnen we überhaupt wel dezelfde taakverdeling aanhouden als voor ervaren docenten? Voor je gevoel werk je hard en ben je mogelijk 2 uur bezig met het voorbereiden van je les, maar op papier word je erop ‘afgerekend’. Leveren deze onrealistische taakverdelingen niet te veel werkdruk op voor de startende docenten? En ligt hier niet een taak voor het team om dat samen op te lossen?
Andere verwachtingen van de leidinggevende
Hierop aanhakend kwam ik een artikel tegen van de Algemene Onderwijs Bond[2], waarin de docent pas in het eindgesprek met de directeur realiseerde dat er geen doelen waren gesteld voor het eerste jaar. Hij had dus geen idee waar hij überhaupt op beoordeeld zou worden. Een school kan hele andere verwachtingen en wensen hebben van een eerste-, tweede- en derdejaars docent. In het wetenschappelijk artikel van Herman Schaap en collega’s[3] wordt beschreven dat van startende docenten wordt verwacht dat ze naast hun onderwijsgevende taken ook actieve leden worden van de schoolorganisatie, samenwerken met collega’s, innovatief zijn en contact hebben met ouders. Ligt hier dan niet een taak voor leidinggevende om duidelijk te maken aan startende docenten wat er van hen wordt verwacht?
Andere verwachtingen van het beroep
Naast andere verwachtingen van je werkgever, kun je ook zelf andere verwachtingen hebben van het vak docent. Dit is een oorzaak voor uitval die ik veel om mij heen hoor. Zo sprak ik een docent die pas na zijn afgeronde opleiding erachter kwam wat het vak daadwerkelijk inhield. Je lessen goed draaien is één ding, maar ook het omgaan met collega’s, toetsen maken, zorgleerlingen, ouders, bpv-plekken en soms word je ook nog ingezet als conciërge of schoonmaker. Ik kan mij goed voorstellen dat je aan het vak begint te twijfelen als je niet voorbereid bent op zo veel extra taken en nieuwe vaardigheden en kennis. Ligt hier misschien een taak voor de lerarenopleiding om startende docenten beter voor te bereiden op de vele aspecten van het vak?
Haperende communicatie en weinig doorgroeimogelijkheden
De Kennisrotonde heeft ook onderzoek gedaan naar de grote uitval van startende docenten[4]. Hun conclusies kwamen sterk overeen met de hierboven genoemde punten, maar ik kreeg ook een nieuw inzicht. Zij beschrijven dat de kenmerken van de school ook een rol spelen. Hiermee wordt bedoeld dat er een gebrek is aan doorgroeimogelijkheden en een haperende communicatie. Is dit zo anders in het onderwijs dan bij andere sectoren?
Andere sociaaleconomische achtergronden
Tot slot vond ik nog een mogelijke oorzaak tot uitval bij startende docenten[5], namelijk als docenten een andere sociaaleconomische status (SES) hebben dan studenten waar ze les aan geven. De SES van een student is sterk afhankelijk van het opleidingsniveau, inkomen en de beroepsstatus van hun ouders. Als er een te grote kloof zit tussen de SES van een docent en die van de student, dan mist er een aansluiting en dit probleem wordt groter wanneer het grootste deel van de studentpopulatie afwijkt van de SES van de docent. Het is toch verbazingwekkend dat dit blijkbaar een rol kan spelen in de overweging om te stoppen als docent? Hoe zorgen we dan wel voor een aansluiting, zodat de docenten binnenboord blijven?
Hoe nu verder?
Mijn zoektocht naar waarom docenten vroegtijdig stoppen met hun baan is pas net begonnen en ik heb ook nog heel veel vragen te beantwoorden. Mijn nieuwe inzichten ga ik de komende weken met startende docenten delen in onze podcast. Ik ben benieuwd hoe zij daar tegenaan kijken. Het levert vast veel nieuwe stof tot nadenken op. Voor nu lijkt het erop dat er twee opties zijn waardoor iemand de knoop doorhakt om te stoppen. Enerzijds zijn er docenten die het simpelweg toch niet leuk vinden door alle onvoorziene extra taken of andere redenen. Anderzijds zijn er ook docenten die het niet voor elkaar krijgen om het vak ‘docent zijn’ uit te kunnen voeren. Hebben de lerarenopleidingen of werkgevers een rol om docenten voor te bereiden op de zware lespraktijk? In mijn volgende blog deel ik mijn nieuwe inzichten en verken ik mogelijke oplossingen zodat docenten niet afhaken.
Bronnen:
[1] Bron: https://www.vn.nl/jonge-docentenuitval-aafke-romeijn/
[2] https://www.aob.nl/actueel/artikelen/uitval-onder-starters-hoog-ik-werd-er-grimmig-van/
[3] Schaap, H., van der Want, A. C., Oolbekkink-Marchand, H. W., & Meijer, P. C. (2021). Changes over time in the professional identity tensions of Dutch early-career teachers. Teaching and Teacher Education, 100, 103283.
[4] https://www.voion.nl/media/1439/kennisrotondewatzijnderedenenvooruitvalvanvolerarenindeeerstevijfjaren.pdf
[5] https://www.trouw.nl/onderwijs/de-begeleiding-van-startende-docenten-moet-beter~be418b09/
Je stukje heb ik met belangstelling gelezen. Ik heb tien jaar als docent in het mbo en hbo gewerkt. In mijn eerste werkjaar waren er twee sleutelmomenten:
1. Mijn leidinggevende had me 80 % van de taken gegeven die voor een ervaren docent in het taakoverzicht hoorde. In jaar twee ging dit naar 90 % en pas in het derde schooljaar naar 100 %.
2. Een collega zei in mijn eerste werkmaand: ‘Je kunt hier wel elke dag tot 19:00 uur zitten, maar daar word jij en je werk toch niet beter van.’
De SES vind ik een boeiende en zet me aan het denken. Wellicht was dat een reden voor mij om te stoppen met lessen bij mbo-niveau 3. Verder heb ik dan weer affiniteit met studenten/leerlingen die een sport- of muziekachtergrond hebben. Mijn collega: ‘Ja, maar die zijn ook veel gedisciplineerder.’
Hallo Vincent,
Bedankt voor je uitgebreide reactie. Mooi om te lezen wat voor jou sleutelmomenten waren in je eerste werkjaar. En jouw reflectie op een mogelijke reden dat je gestopt bent met lesgeven bij mbo-niveau 3.
Over een aantal weken komt het vervolg van deze blog online en zal ik opzoek gaan naar mogelijke oplossingen. De sleutelmomenten die jij noemt geven mij ook weer input voor deze blog, dank daarvoor!
Hartelijke groet,
Ellen van Vugt
Ik ben sinds 2008 docent eerst aan het mbo en sinds 2016 aan het hbo. Ik was 48 toen ik begin en ik ga elke dag met veel plezier naar school. Ik geef cybersecurity en dit is een dankbaar vak om te geven en elke dag heb ik leuke inhoudende discussies met studenten hoe zij hier tegenaan kijken.
Ik herken deze publicatie wel maar ik herken mezelf hier niet in. Dit is voor mij tenminste vak dat bij mij past. Ik geniet – bijna – elke dag.
Dag Eddie,
Wat leuk om te horen dat je met zo veel plezier naar je werk gaat!
Mooi dat je inhoudelijke discussies voert met je studenten en benieuwd bent naar hun mening. Waarschijnlijk maakt dat jouw lessen leuk en leerzaam voor de studenten, maar ook voor jou!
Hartelijke groet,
Ellen van Vugt
Ik heb tot mijn AOW-gerechtigde leeftijd 41 jaar fulltime als (hoofd)docent gewerkt in vo, hbo en wo. En nu nog ben ik op zzp-basis docent, inmiddels 72 jaar. Niet bepaald dus het beeld van een docent die vroegtijdig is afgehaakt. Toch heb ik wel een mening over het gegeven dat veel docenten vroegtijdig afhaken.
Vele malen in mijn lange loopbaan heb ik jonge collega’s begeleid. We gingen dan iedere week samen zitten om de les van die week of die van de eerstvolgende week helemaal door te praten. Dat kon best een uur of anderhalf uur duren. Ook blikten we terug op de les van de vorige week – hoe die verlopen was. Tijd en energie, dat kostte deze werkwijze zeker. Maar het hielp de jongere collega zichtbaar. Stelde onze gezamenlijke leidinggevende deze aanpak op prijs, en, nog sterker, stimuleerde en faciliteerde zij die ? Nooit, ik kan het me niet herinneren dat dat ooit is gebeurd. Het werd zelfs afgekeurd (“je hoeft dat helemaal niet te doen, dit gaat te ver”). Het officiële arrangement voor de begeleiding van nieuwe docenten beperkte zich tot een “mentor” die eens in de zes weken een uurtje met de youngster om tafel ging. De koffie zal dan best gesmaakt hebben, maar meer effect had het niet. Iedere week, behoorlijk intensief, een heel semester lang – dat bleek steeds weer het werkzame recept te zijn. De begeleidingsuren gingen intussen naar de “mentor”. Vlot verdiend voor weinig effect.
Mijn ervaring is dus dat leidinggevenden in onderwijsorganisaties geen benul en geen beleid hebben van en voor de behoeften van beginnende docenten. De schromelijke onderschatting van de benodigde lesvoorbereidingstijd waarvan sprake is bevestigt dat. (Ik heb zelfs wel eens van heel dichtbij meegemaakt dat een starter als hbo-docent die zelf zo van school kwam en nog nooit een enkel uur had lesgegeven, direct voor 25 lesuren per week plus een bak stage- en afstudeerbegeleiding werd ingeboekt; dat het vervolgens heel snel uit de hand liep met de arme jongen vond de leidinggevende naar eigen zeggen “teleurstellend”, en ze vond dat zelfs een reden om het contract niet te verlengen.)
Pak het probleem eens echt bij de kop, zou ik zeggen; begin bij de dagelijkse en wekelijkse begeleidingsbehoefte, die direct verbonden is met de noodzaak tot gedegen lesvoorbereiding. Zorg ook dat de starter niet wordt overbelast. De begeleiding van een nieuwe docent is een investering. Te duur ? Iemand laten mislukken en gefrustreerd laten afhaken is nog duurder.
Hallo Peter,
Bedankt voor je reactie. Mooi dat jij op deze leeftijd nog steeds met plezier docent bent, hierdoor zal je veel ervaring hebben opgedaan in het begeleiden van startende docenten.
Jij hebt ervaren hoe belangrijk het is om startende docenten intensief te begeleiden in hun eerste stappen als docent. Het is fijn om als starter te ervaren dat je bij iemand terecht kan met je vragen en dat er tijd en ruimte is om daar uitgebreid over te spreken met elkaar. Een kind dat net heeft leren lopen laat je ook niet meteen een marathon rennen. Ik ben bang dat dit wel van sommige startende docenten wordt gevraagd.
Ik neem jouw reactie op mijn blog graag mee in mijn volgende blog waarin ik kijk naar mogelijke oplossingen.
Hartelijke groet,
Ellen van Vugt
Hoi allemaal,
Inderdaad wat mooi opgeschreven en wat een herkenbaar verhaal.
Zelf ben ik eind 2019 als zij-instromer gestart op het mbo als ICT-docent en zie zoveel herkenning. En je gaat je dan inderdaad de vraag stellen, heb ik hier wel goed aangedaan om deze switch te maken.
Gelukkig krijg ik op veel momenten de terugkoppeling dat ik het helemaal niet zo slecht doe, maar ik zit wel vaak in de spagaat. Waar ga je tijd aan besteden. Als zij-instromer moet je je PDG papiertje halen voor een vast aanstelling. Maar je wilt ook een goede les geven, daar is voorbereidingstijd voor nodig. Andere collega’s hebben het ook druk. Je wilt ook niet op alles nee zeggen als je ergens voor gevraagd wordt. Je mentor studenten die je wilt begeleiden wil je ook aanhoren en begeleiden. Er moet gemaakt huiswerk worden nagekeken, de student heeft recht op feedback. De school wil een bijgehouden administratiesysteem voor de accountant/presentie/uitvallers. De corona-situatie maakt het er ook niet makkelijker op voor je zelf maar ook niet voor de studenten. Je hebt zelf ook nog een privé leven waar ook aandacht wordt gevraagd in deze lastige tijd.
@Peter, wat mooi dat je die investering hebt gedaan en dat zal zeker zijn resultaat hebben gehad!
@Ellen, mocht je nog een kandidaat zoeken voor de podcast dan mag je me benaderen. (Ik weet dat ik daar bijna geen tijd voor heb maar het zou ook wat kunnen opleveren dus dat zouden we kunnen verkennen).
met hartelijke groet,
Ivo Lentjes
Beste Ivo,
Jij somt zo al een hele hoop taken op waar je als startende docent allemaal aan moet/wil voldoen. Dat is niet niks en dat is inderdaad precies wat ervoor kan zorgen dat docenten afhaken.
Wat ik ook in je reactie lees is dat het ontvangen van positieve feedback helpt. Het helpt waarschijnlijk om met meer zelfvertrouwen de zwaardere taken ook aan te kunnen. Mooi inzicht weer voor mij!
Ik neem contact met je op over een eventuele deelname aan de podcast, want we zijn altijd op zoek naar nieuwe gasten en verhalen. Ik ben benieuwd naar jouw ervaringen.
Hartelijke groet,
Ellen van Vugt