Een aantal weken geleden hebben wij met een aantal collega’s van onderwijsadviesbureau Dekkers een masterclass gehouden over leiderschap in het beroepsonderwijs. Samen met collega’s van diverse scholen uit het land hebben we nagedacht over wat dit nu eigenlijk is: onderwijskundig leiderschap. Diverse voorbeelden van nieuw leiderschap, nieuwe organisatievormen en uiteraard ook de daarbij behorende knelpunten kwamen aan bod.
Zelf mocht ik ook zitting nemen aan deze gesprekstafel om daar, samen met andere collega’s, inzichten en ervaringen te delen. Voor ons bureau een eerste stap in het verder ontrafelen van het vraagstuk wat leiderschap in het onderwijs nu eigenlijk precies inhoudt. Graag zou ik deze verkenning doorzetten en een aantal thema’s via deze weg, samen met jou, verder verkennen en bespreken.
Wat vinden we tegenwoordig belangrijk? Laat ons verlangen naar de zee!
In bijna alle onderwijsinstellingen spreken we tegenwoordig over onderwijskundig leiderschap. Blijkbaar zijn we niet meer op zoek naar managers of leidinggevenden, maar veel meer naar leiders. Wat betekent leiderschap eigenlijk en waarom vinden we dat in deze tijd zo belangrijk? Dit doet me denken aan een uitspraak die ik ooit eens heb gehoord tijdens een leergang over leiderschap. De docent in deze leergang omschreef het verschil tussen een manager en een leider aan de hand van dit citaat:
“Als je een schip wilt bouwen, moet je werklui niet opdragen hout te verzamelen, je moet niet het werk verdelen en orders geven. Leer in plaats daarvan mensen eerst te verlangen naar de eindeloze zee.”
Antoine de Saint-Exupéry (1900-1944).
Zeggen we daarmee dan ook dat we tegenwoordig in de aansturing van het onderwijs en de teams niet meer op zoek zijn naar werkverdeling, orders, structuren en dergelijke? Werken we nu veel meer vanuit een verlangen? En zo ja, wat is dat dan, een verlangen? Welk verlangen is dat dan en van wie is dit verlangen? Bij wie van jullie staat het verlangen als vast agendapunt op de teamvergadering?
En welke gesprekken voeren jullie daar dan over?
Verlangen of toch verplichten?
Stel nu dat leiderschap inderdaad zou staan voor het leren verlangen. Verlangen naar iets groters om mensen in beweging te krijgen en ruimte te geven om dat te doen wat nodig is, zoals bijvoorbeeld een zeewaardig schip bouwen. Dan zou onderwijskundig leiderschap kunnen staan voor het leren verlangen naar een omgeving waar goed onderwijs gegeven wordt. Onderwijs dat voldoet aan dat wat er nu en in de toekomst nodig is.
Maar is dit ook echt waar wij naar op zoek zijn in onderwijskundig leiderschap? Ik hoef maar even te zoeken naar informatie over dit thema en ik vind van de onderwijsinspectie het onderwijsverslag 2015/2016. In dit verslag wordt onderwijskundig leiderschap in het mbo als volgt omschreven:
Goede onderwijskundige leiders ontwikkelen een visie voor hun instelling of team. Die visie is gebaseerd op hun persoonlijke en professionele waarden, passend bij de waarden van de organisatie. Ze dragen deze visie bij elke gelegenheid uit en beïnvloeden hun medewerkers en andere belanghebbenden om deze visie te delen. De overtuigingen, structuren en activiteiten in een instelling zijn erop gericht om deze gedeelde visie te bereiken (Bush en Clover, 2012).
Ehh, … als ik het dus goed begrijp zijn goede leiders volgens de inspectie dus in staat een visie te formuleren die past bij hun waarden en die van de organisatie. Zij zijn in staat hun medewerkers te beïnvloeden, zodanig dat zij deze visie ook delen. Naar mijn idee staat dit haaks op wat leiderschap zou moeten zijn volgens Antoine de Saint Exupéry.
Of dit nu zo erg is durf ik ook wel weer te betwijfelen, maar toch. Als ik kijk naar mijn dagelijkse werk in de diverse scholen in Nederland herken ik deze tegenstrijdigheid wel. Teams ‘moeten’ zich ontwikkelen als professionele leergemeenschap, eigenaar zijn van het eigen onderwijs, in control zijn, aandacht geven aan iedere individuele student, zicht houden op de onderwijsrendementen en deze ook weten te beïnvloeden, zorgen voor voldoende instroom, enzovoorts. Dit alles vooral volgens de (onderwijs)visie en beleidslijnen van de organisatie waar zij voor werken. Of dit nu het leiderschap is dat het verlangen in het onderwijsteam zal aanwakkeren …
Ons verlangen in de praktijk
Natuurlijk begrijp ik de behoefte van een organisatie om bepaalde structuren of doelstellingen in gezamenlijkheid te willen realiseren. Als ieder teamlid zijn of haar eigen verlangen mag verwezenlijken, ontstaan er zeker knelpunten die ook niet wenselijk zullen zijn. Wel vraag ik mij af of we op dit moment de juiste dingen doen. Of we in balans zijn.
Een paar voorbeelden, op dit moment actueel in vrijwel iedere onderwijsorganisatie: formatiebesprekingen die gebaseerd zijn op aantallen en interne mobiliteit in plaats van kwaliteit en ontwikkelvraagstukken, boekenlijsten met centraal vastgestelde titels en licentieovereenkomsten ondanks dat we niet weten of de studenten deze materialen ook echt nodig hebben, roostering op basis van optimale lokaalbezetting en efficiënt ruimtegebruik ongeacht de doelgroep en opleidingswensen. Kortom: minder aandacht voor het verlangen naar goed onderwijs, meer aandacht voor processen en procedures. Juist in deze fase van het schooljaar lijkt leiderschap
te veranderen in management en is de onderwijskundige expertise alvast op zomervakantie!
Onderwijskundig leiderschap, op zoek naar de juiste balans
Hoe zorgen we er nu voor dat we ook in deze fase van het jaar, volop in de voorbereiding op het nieuwe schooljaar, de juiste balans weten te houden? Hoe blijven we werken vanuit de bedoeling: excellent onderwijs voor iedereen? Hoe blijven we als team eigenaar van ons onderwijs en de organisatie die daarbij past? Hoe blijven we ons betrokken voelen bij de studenten die volgend schooljaar bij ons binnen komen? Ik blijf het lastig vinden en ik ben steeds op zoek naar de juiste balans in de beslissingen die ik hierin neem.
Hoe doe jij dat? Heb jij een manier gevonden om in alle besluiten die genomen moeten worden de juiste, onderwijskundige, balans te houden? Heb jij het idee dat jullie werken aan een verlangen?
Ik nodig je van harte uit om dit met mij te delen. Samen met jou denk ik graag verder na over dit thema en wie weet vinden we een antwoord om tot deze juiste balans te komen! Leiderschap in contact met het onderwijs, het team en organisatie waar je voor werkt.
Ik verlang ernaar..
‘Leadership is to see the present for what it really is, see the future for what it could be and then, take action to close the gap’ (Cummings, geciteerd door Schuurmans in Vermeulen, Holleman, Huis, Ista & Lalleman, 2017, p. V)
Deze vind ik zelf heel mooi. Alles start met een eigen visie en je daarvan bewust zijn. Persoonlijk leiderschap voelen, nemen en uitdragen.
Hallo Josje,
inderdaad een inspirerende tekst! Het doet mij ook denken aan dat wat er nodig is om innovatie in gang te zetten. Hoort dat voor jou ook bij leiderschap? Innovatief kunnen of willen zijn in jouw rol als leider?
Het gaat om de definitie van goed onderwijs. Inspectie heeft het over rendementen, studenten willen een leuke en leerzame tijd, het management wil de zaken betaalbaar en organiseerbaar en de docent en zijn collega’s zitten daar tussen. Het gaat bij goed onderwijs om de student. Passie heeft te maken met de student en zijn omgeving kennen, weten wat er speelt, wat hij/zij wil, op zoek gaan naar elkaars “verlangen”. Als de balans die kant op gaat, het wantrouwen afneemt, zal de focus op rendement en efficiency een nieuwe dimensie krijgen. Met elkaar ( student en onderwijs inclusief bedrijfsleven ) bewandelen we de route naar de toekomst.
Hallo Johan,
dank je wel voor jouw reactie! Leuk om ‘een beetje op afstand’ in gesprek te zijn over dat wat ons bindt in ons werk: excellent onderwijs voor onze studenten! Mooi om te lezen dat jij in jouw reactie studenten centraal zet in het zoeken naar goed onderwijskundig leiderschap.
Betekent dit ook dat deze balans wat jou betreft zo mag veranderen dat het oordeel van studenten steeds meer een rol mag gaan spelen in het beoordelen van goed onderwijskundig leiderschap? Mag dit ‘oordeel’ dan ook meegenomen worden in bijvoorbeeld de functionerings- en beoordelingsgesprekken van een onderwijskundig leider?
Ik spreek liever over mening dan “oordeel”. Het gaat om het luisteren naar anderen in alle fasen van het proces. Dus bij teamoverleg, bij beoordelingsgesprekken, maar ook als onderdeel van de introductie van nieuwe medewerkers. Luisteren naar elkaar mening, gesprek hierover aangaan kan alleen maar leiden tot verbeteringen. Uiteraard moet je daarbij ook je eigen mening geven en het gesprek aangaan. Kortom uitleggen en luisteren naar elkaar.
Onderwijskundig Leiderschap, de naam zegt het al. Je moet onderwijskundig zijn en leiderschapsstijl in je hebben. Rekening houdend met: de organisatie in zijn geheel (opbrengst en resultaten), je eigen teamorganisatie (leider en coach zijn) en leerlinggericht (resultaten en tevredenheid). De hele kunst is eigenlijk alle ballen in de lucht houden en toch prioriteit kunnen kiezen. Ga er maar aan staan. Volgens mij moeten deze 2 rollen weer gesplitst worden. Onder de “leider” of ernaast moet een onderwijskundige komen die een team onderwijsspirit (=hoe en waarom)geeft naast de taken die de leider opdraagt (opbrengst = wat).
Wat nu als de leider eens geen ’taken opdraagt’ maar te bereiken doelen voorstelt?! En dan de volgers ruimte en vertrouwen geven om die doelen samen (aan te passen en) vast te stellen en zelf taken en oplossingsstrategieën te bedenken. Als de leider daarbij vraaggestuurd ondersteunt en coacht, dan krijgen heel veel mensen energie!
Het stellen van doelen in plaats van opdrachten uitzetten door het management geeft in ieder geval autonomie met teams en medewerkers. Als je dan ook nog samen aan een visie gewerkt hebt worden die doelen ook nog gedragen. Om alle doelen te bereiken is ondernemerschap, verantwoordelijkheid nemen en samenwerking nodig. Daarvoor kunnen we niet allemaal leider zijn.