Waarom hebben studenten liever passief onderwijs?

Datum: 3 april 2018
Auteur: Liza Peeters

We willen ondernemende studenten die proactief aan de slag gaan, met elkaar discussiëren, vragen indienen en voorbereid naar de les komen. Herken je deze wens? Veel docenten en wellicht ook jij, hebben de ambitie om onderwijs te ontwerpen en te geven dat dit leergedrag bij studenten uitlokt. Tot mijn grote verbazing zie ik in de praktijk dat studenten bij deze nieuwe onderwijsvormen in de weerstand komen en hun voorkeur uitspreken voor ‘passief’ onderwijs. In deze blog verken ik de vraag ‘Waardoor ontstaat die weerstand?’

Er zijn verschillende verklaringen voor deze vraag. Wellicht vinden studenten het wel ‘makkelijk’, sluit de toetsvorm niet aan bij dit leergedrag of is er te weinig structuur. Toch lijkt de weerstand vaak niet te zitten in de vorm, maar in de veronderstelling dat de nieuwe onderwijsvorm hen niet veel oplevert. Kan de docent hen niet gewoon vertellen wat ze moeten kennen en kunnen? ‘Wat levert die discussie met hun medestudenten nou op’ of ‘kan de docent niet aangeven welke stappen ik moet doorlopen’.

Wat nu, als we deze situatie bekijken vanuit het perspectief van de student. In het schoolse leven hebben ze geleerd om alles wat ze hebben geleerd als waar te beschouwen en dat van docenten wordt verwacht dat ze ware antwoorden geven op hun vragen (Verschuren, 2002, Delnooz, 2008).  Hoe verwarrend is het als docenten van jou verwachten dat je zelf keuzes gaat maken, proactief komt met oplossingen en voorstellen en kritische vragen stelt bij bronnen. De verwarring bereikt zijn hoogtepunt als ook de docent zelf ook de theorieën ter discussie stelt, is hij nu de expert of niet?

Niks van studentengedrag is ons vreemd…

Wellicht ben jij nu ook de blog aan het lezen, smachtend op ‘het’ antwoord op deze complexe vraag. Als deze blog hierop niet het antwoord geeft, wat is dit dan voor waardeloze blog? Je gaat snel op zoek naar een expert die je dit antwoord wel kan geven of geeft de hoop op om nog verder te zoeken naar dit antwoord. Jammer, want ik ben nu juist op zoek naar die proactieve docenten die de discussie aangaan, vragen stellen, willen experimenteren en komen tot fantastische oplossingen! Hoe kan ik dit gedrag bij jullie uitlokken? Ik doe een poging:

Ik stel mijn eigen zienswijze ter discussie. Hoewel ik in deze blog een bepaalde conclusie trek over waar dit gedrag vandaan komt, staat dit uiteraard ter discussie. Er zijn nog vele andere verklaringen, daag me uit!

Ik daag jullie uit om jullie eigen zienswijze ook ter discussie te stellen. Wat is jouw verklaring voor dit probleem en kan je 1 ding opnoemen waarom dit ook niet zo zou kloppen? (voor de onderzoekers onder ons, het falsificatieprincipe).

Alles in deze blog is niet waar

De ervaring leert dat deze manier van denken maanden in beslag neemt. Je bent als mens (expert, docent of student) al je zekerheid kwijt, omdat er geen zekerheden meer zijn. Toch heeft deze werkwijze ook een voordeel, want om een betere professional te worden en er geen kant-en-klare antwoorden zijn, dan moet je hier zelf naar op zoek! Dit is precies wat je ook bij studenten wilt bereiken. Studenten zijn niet langer meer de mindere, maar doen op niveau mee aan discussies.

De vraag is natuurlijk of je dit wilt en/of het noodzakelijk voor jouw studenten is om dit te kunnen. Is het relevant dat studenten kritisch, ondernemend en creatief zijn? Het proces om tot een dergelijke werkwijze te komen neemt immers tijd in beslag en is te onderscheiden in vier fasen (Delnooz, 2008):

  1. Ongeloof
  2. Boosheid
  3. Acceptatie
  4. Integratie

Om punt 4 te bereiken moet je als team durven worstelen. Oftewel: willen jullie hoge studententevredenheid scores of willen studenten opleiden met een kritische, ondernemende en creatieve grondhouding?

Het mag duidelijk zijn dat ik met deze blog de waarheid niet in pacht heb. Ik ben dan ook erg benieuwd naar jullie reacties, aanvullingen, oplossingen en vooral andere zienswijze om samen dit vraagstuk met elkaar te verkennen.

 

Bronnen

  • Delnooz, P.V.A. (2008). Onderwijs, onderzoek en de kunst van het creatieve denken.
  • Verschuren P.J.M. Falende universiteit. Voer voor methodologen; Sociologische Gids, vol. 4, 2002

Up-do-date blijven?

Ontvang onze nieuwsbrief

Schrijf je in
31 Reacties
  1. Er zijn tenminste drie dingen van belang om tot (zelf) leren te komen: een structuur om de context te verhelderen, een logica, en reflectie op gedrag. Als je kern snapt kun je met een stuk of zes metamodellen jezelf ontwikkelen. Of je dat werkelijk doet blijft een eigen keuze.

    Antwoord
    • Dag Harm, wat leuk dat je reageert op de blog! Mooie aanvulling, als ik je goed begrijp dan wordt de reactie van studenten veroorzaakt doordat studenten geen goede handvatten krijgen hoe ze aan de slag moeten gaan?

      Antwoord
    • Hallo Harm,

      Kun je meer uitleg geven over ‘een logica’ en de ‘stuk of zes metamodellen’? Een verwijzing naar literatuur wordt ook gewaardeerd.

      Groeten, Peter

      Antwoord
  2. Volgens mij heeft het ook met vertrouwen te maken. Mensen (studenten) denken dat de medestudenten het nog niet kunnen weten en kennen hen wellicht niet goed genoeg om daarvan overtuigd te zijn/worden.

    Antwoord
    • Bedankt voor je reactie Carla! Ik herken heel erg wat je zegt. Studenten lijken inderdaad te zoeken naar die bevestiging en denken dat de enige expert de docent is. De vraag is natuurlijk of dit zo is? En hoe je medestudenten ook in een expertpositie krijgt en/of vertrouwen laat krijgen in elkaar? In veel beroepen zie je dat een antwoord op een bepaalde vraag vaak niet op een eenduidige manier is te beantwoorden, welke rol krijg je dan als docent? Vooral bij projecten waarin echt met het werkveld (aan authentieke vraagstukken) wordt samengewerkt. De vraag is dan ook of bovenstaande methode van dingen in twijfel trekken niet vooral in past bij het werken aan dat soort projecten.

      Antwoord
  3. Interessante discussie, je kunt je ook afvragen waarom wij denken (willen?) ondernemende en pro-actieve studenten op te leiden; en: is dit hetzelfde als studenten die voorbereid naar de les komen?
    Ook getriggerd ben ik ik door je opmerking over de samenhang van NSE resultaten en een kritische, creatieve en ondernemende houding van studenten. Bedoel je daarmee dat opleidingen die in de NSE goed worden gewaardeerd, geen kritische etc studenten opleiden?

    Antwoord
    • Beste Reen,

      Interessante vragen stel je, stof tot nadenken!

      Volgens mij is de eerste vraag inderdaad altijd of je dit als opleiding moet willen en/of dit past bij de visie op het beroep waar jij als opleiding voor wilt opleiden. Met de veranderende wereld en de invloed die digitalisering nu en in de toekomst gaat spelen hoor je vaak dat dit juist de vaardigheden zijn die onze studenten nodig hebben, maar de vraag is inderdaad terecht ‘is dit wel zo?”

      Kijkend naar de NSE (om alvast op je laatste vraag te komen) lijken deze vaardigheden wel te zijn wat in ieder geval in het hbo van een student wordt verwacht. De NSE vraagt namelijk wel door op de vaardigheden die een opleiding opdoet, zoals bijvoorbeeld ”het aanleren van een kritische houding’, ‘argumenteren/redeneren’ en probleemoplossend vermogen’. De vraag is alleen of studenten die op bovenstaande manier les krijgen en in fase 1 of 2 zitten hun opleiding positief zouden scoren. Wat denk jij?

      Of juist deze studenten voorbereid naar de les komen is zeker nog een andere vraag. Als ik kijk naar docenten die wel of niet voorbereid naar teamvergaderingen komen is deze relatie inderdaad niet eenduidig. Wellicht zijn studenten/docenten wel zo kritisch dat dit niet nodig is ;)! En wat doe je daar dan weer aan?

      Antwoord
  4. Een mooie blog, in bijgaand clipje ‘een antwoord’ en gelukkig gebeurt er op heel veel plaatsen al heel veel in het onderwijs en dat start o.a. met dit soort mooie gesprekken.
    https://www.youtube.com/watch?v=okpg-lVWLbE

    Antwoord
    • Bedankt voor je reactie Richard, mooi en passend filmpje!

      Antwoord
  5. Inderdaad een boeiend onderwerp. Mijn ervaring is dat als je afwijkt van wat men gewend is dit in eerste instantie tot weerstand en frustratie leidt. Dan is mijn volgende vraag hoeveel energie wil ik steken in studenten die gefrustreerd zijn en in de weerstand zitten. Kan en wil ik daar mee omgaan of kies ik toch voor de lieve vrede en ben ik diegene die zich aanpast? Aanpassen betekent dat ik ze minder goed voorbereid op de echte wereld. Toch kies ik hier soms voor, helaas!

    Antwoord
    • Dit is heel herkenbaar Rianne! De vraag is natuurlijk of je dezelfde reactie ook krijgt als je gelijk al bij de start van het nieuwe onderwijs veel doet aan verwachtingsmanagement en daarin uitlegt waarom je op deze manier lesgeeft. Dit is echt wat je als team samen moet doen… Mooie uitdaging voor de flexibele deeltijd volgend jaar!

      Antwoord
  6. Je vraag houdt mij inderdaad ook bezig, Liza. Een aantal mooie dingen zijn al gezegd in eerdere reacties. Verwachtingen managen is daarbij een hele belangrijke!
    Ik vraag me ook af hoe de middelbare scholen hiermee om gaan? Op basisscholen zijn al heel veel verschillende varianten van ander onderwijs (montesori,jena plan etc) dan de veel voorkomende jaarklasen. Met andere woorden hoe werken we aan een zo optimaal mogelijke instroom voor MBO en HBO?

    Antwoord
    • Goede vraag, een oproep dus aan docenten van de middelbare school, herkennen jullie deze vraag en/of doen jullie hier al wat mee?

      Antwoord
      • Hallo Liza,

        de uitspraken in het assenstelsel herken ik helemaal. Ik las ook de reactie op de blog dat de rol van docent als expert niet verloren moet gaan. De docent is wat mij betreft altijd expert omdat hij zij het beroepenveld en de student kent dit niet of minder. Het gaat erom of je naast je expert rol ook vertrouwen durft te geven aan je studenten. Als je geen vertrouwen geeft moeten we ook niet ‘mopperen’ als ze niet aan de slag, gaan want dan wachten ze op ons als docenten of wij de goede antwoorden gaan geven. Dus ja… ik zie heel veel in je derde blog 😉

        Antwoord
        • Hallo Karen, goed om te horen. Het één vervangt inderdaad niet het ander!

          Antwoord
  7. Dag Liza, heel erg herkenbaar, zeker ook als je een groep studenten hebt, afkomstig van andere landen en werelddelen. Mijn idee: neem de inhoud die de student uiteindelijk zelf inbrengt heel erg serieus. Maak er tijd voor om erover te discussiëren, samen met de anderen. Dan krijgt de student de kans om te ervaren dat hij expert is.
    Bij de Fontys minor EmbraceTEC (Technology, Entrepreneurship and Creativity) nemen wij (na een detox van drie weken) het wereldburgerschap van de student als uitgangspunt. Wat zou jij met jouw expertise (major) willen bijdragen aan de wereld? Vanuit dat perspectief krijgt de zoektocht van de student naar inhoud ook daadwerkelijk waarde voor hemzelf en voor anderen. Leren en begeleiden is dan een feestje dat tot grote verrassingen op hoog niveau kan leiden.

    Antwoord
    • Wauw mooi voorbeeld Lorna! De student serieus nemen is echt cruciaal en dit soort vragen zijn daar een mooi voorbeeld van!

      Antwoord
  8. Hoi Liza,
    Ik herken veel in jouw stuk en denk inderdaad dat studenten er aan moeten wennen om op een andere manier te leren. Dat moeten ze dus eerst leren! Daarnaast merk ik dat ik heel veel nadenk over hoe we nou aan de student kunnen laten merken dat ze iets geleerd hebben van deze “rare manier van lesgeven”. Dus dat ze bewust bekwaam worden.
    Mijn studenten (niv 2) zijn niet gewend om te reflecteren, ze vinden dat erg moeilijk. Daarnaast vinden ze zichzelf vaak al heel bekwaam. Wij denken daar vaak anders over… 🙂
    Dus hoe krijg ik ze “makkelijk” door dat proces? Dat antwoord zoek ik! 🙂

    Antwoord
    • Dat is inderdaad de wens die je hebt! Belangrijk dus om de verwachtingen die je hebt van deze ‘rare manier van lesgeven’ te delen. Je kunt dan vervolgens met studenten het gesprek aangaan of dit is geslaagd en/of dat er nog andere dingen nodig zijn om bij hen bepaald gedrag uit te lokken. Mijn ervaring is dat wanneer je dit gesprek met studenten opent ze graag mee willen denken. Een mooie vorm is bijvoorbeeld de studentarena: https://metis-onderwijsadvies.nl/2018/01/23/mond-dicht/

      Dit artikel gaat nog verder in op de problemen omtrent reflecteren en daar staan wel een aantal mooie inzichten in: https://www.ou.nl/Docs/TijdschriftOI/OI1_2010%20maart_PRAKTISCHARTIKEL_didactischeontwerpregels.pdf

      In dit artikel staat dat “het startpunt van reflectie is een wens om iets (beter) te kunnen of op zijn minst te begrijpen hoe het eigen handelen tot resultaten leidt.” Hoe kan je in deze vorm van onderwijs stimuleren dat studenten het doel van deze reflectie ervaren? En helpt het wellicht om niet te vragen om een reflectieverslag maar om juist een dialoog zoals hierboven beschreven te organiseren?

      Antwoord
  9. Hallo Liza,

    Goede blog, alinea 4 is heel goed bedacht!

    Groeten, Peter

    Antwoord
    • Bedankt Peter

      Antwoord
  10. Hoi Liza,
    Zoals iedereen hier boven herken ik je verhaal helemaal. En daarom hier een klein verhaaltje omdat ik denk dat het er mooi bij aansluit en het de moed er een beetje inhoud:
    Afgelopen woensdag zag ik twee studenten die ik al een tijd niet had gezien. Ik knoopte een gesprekje aan met de vraag: “wat leuk jullie weer eens te zien, waar zijn jullie op dit moment mee bezig?”
    Ze bleken nu in de minor fase te zitten, allebei bezig met dezelfde minor en vandaar wat minder bij ‘ons’ op de opleiding. Ze hebben het heel erg naar hun zin en voelen zich helemaal op hun plek omdat ze eindelijk in de richting (sport) mogen verdiepen die ze echt interessant vinden.
    Er was maar 1 minpuntje en dat was samenwerken met mensen van andere opleidingen of zelfs met mensen die dezelfde opleiding hebben gevolgd maar ergens anders. “Want wat zij de afgelopen 2,5 jaar allemaal geleerd hebben, weet we niet, maar het is niet veel.”
    Ik moest wel een beetje lachen want allebei de studenten hebben in de 2,5 dat ze bij ons in het nieuwe onderwijs zaten zich daar regelmatig met hand en tand tegen verzet.
    En toen kwam mijn geluksmomentje: Terwijl ik ze lachend stond aan te kijken, zei een student: “Nooit gedacht dat ik het zou zeggen, maar dat nieuwe onderwijs, daar heb ik echt heel veel van geleerd.” En de andere student stond er beamend bij te knikken….
    Groetjes Fraukje

    Antwoord
    • Bedankt voor het delen Fraukje! Een mooie reactie van studenten die alle bovengenoemde fases van boosheid tot integratie zijn doorlopen!

      Antwoord
    • Beste Fraukje,

      Ik heb jouw reactie in zowel deel 2 als deel 3 van deze blog verwerkt. In blog 3 geef ik een samenvatting van alle reacties aan de hand van een model. Ik heb bovendien de tip opgenomen dat studenten elkaar vertellen over wat het ‘nieuwe onderwijs’ hen heeft opgeleverd. Ik ben benieuwd wat je van de blog vindt:
      https://metis-onderwijsadvies.nl/2018/10/09/studenten-passief-onderwijs/

      Antwoord
  11. Prima blog, wat mij alleen bezig houdt is de vraag waar je gaat beginnen met de andere manier van lesgeven? Het voor de hand liggende antwoord is natuurlijk: zo vroeg mogelijk, maar dit vraagt iets van de docenten die starten vanaf groep 1 basisschool én wat mij betreft ook van ouders/verzorgers van een kind. Los van het kind zelf, tot een aantal zaken is een kind op een bepaalde leeftijd niet in staat, al zou het het zelf willen. Dat hebben neuropsychologische onderzoeken wel uitgewezen. Een van de redenen waarom het ‘natuurlijk leren’, waarbij een leerling zelf zijn of haar leervragen moest formuleren, een aantal jaren geleden in een aantal gevallen volledig is mislukt.

    Er zijn uiteraard al veel goede en minder goede voorbeelden van andere manieren van lesgeven, te beginnen in het basisonderwijs, maar dat is zéker nog geen gemeengoed. En bij de overgang naar het VO (van vmbo t/m vwo of het middelbaar beroepsonderwijs) ook niet. Ik heb zelfs het idee dat er daar een aantal aangeleerde vaardigheden weer wordt afgeleerd.

    Dat neemt niet weg, dat ik overtuigd ben van het feit dat wanneer er op een andere manier wordt omgegaan met de student, dit een veel betere manier niet alleen van leren is, maar dat zaken ook veel meer geïncorporeerd worden in het dagelijkse handelen en denken en daarom veel langer beklijven. Laten we dus vooral doorgaan met zoeken naar de beste manier(en) om studenten (en docenten) proactief, (zelf)kritisch en ondernemend te laten zijn.

    Antwoord
    • Bedankt voor je reactie Ludo! Deze vraag kan je inderdaad veel breder trekken dan enkel het beroepsonderwijs. Het sluit ook aan bij de vraag van Karen Kotten Lips, hoe doen ze dit in het VO? En inderdaad hoe doen we dit in het basisonderwijs en in de opvoeding?

      Antwoord

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *