Je hebt een ijzersterke les voorbereid, vol praktijkvoorbeelden en interactieve werkvormen, en toch kijkt een groot deel van je studenten je aan met een blik die schreeuwt: “Waarom moeten we dit weten?” Of erger nog: “Moeten we dit kennen voor de toets?”
We verwachten vaak dat motivatie vanzelf komt, dat studenten uit zichzelf willen leren. Maar dat is een misverstand. Motivatie is geen magische vonk die spontaan overslaat—het is iets wat groeit, en als docent heb jij daarin een sleutelrol. De vraag is niet: “Hoe maak ik studenten gemotiveerd?” maar “Hoe zorg ik dat ze in actie komen?” Want actie leidt tot succeservaringen, en dát is wat motivatie aanwakkert.
Laten we de mythe van motivatie ontleden en kijken hoe je studenten écht in beweging krijgt.
Motivatie is geen alles-of-niets-principe
Een veelgemaakte denkfout is dat studenten óf intrinsiek gemotiveerd zijn (ze willen iets leren omdat ze het interessant vinden) óf extrinsiek gemotiveerd (ze doen het alleen voor een cijfer of diploma). Maar motivatie is geen simpele aan/uit-knop, het zit op een continuüm.
Volgens de Zelfdeterminatietheorie (Ryan & Deci, 2000) kan motivatie zich ontwikkelen van gecontroleerde motivatie (ik moet dit doen) naar autonome motivatie (ik wil dit doen). Dit betekent dat een student die in eerste instantie alleen leert “voor de toets”, later kan inzien dat de stof waardevol is en meer uit zichzelf gaat leren (Nelis et al., 2021).
Jouw taak als docent? Creëer een omgeving waarin motivatie kan groeien.
Dat doe je door drie psychologische basisbehoeften te stimuleren:
✅ Competentie: Studenten moeten het gevoel hebben dat ze ergens beter in kunnen worden.
✅ Autonomie: Ze moeten ervaren dat ze enige controle hebben over hun leerproces.
✅ Relatie: Ze moeten zich verbonden voelen met jou als docent en met hun klasgenoten.
Dus hoe pas je dit toe in de praktijk?
Drie praktische stappen om studenten in actie te krijgen
Creëer snelle succeservaringen (Competentie)
Niets is zo funest voor motivatie als het gevoel dat iets “toch niet lukt”. Succeservaringen, hoe klein ook, bouwen vertrouwen op en stimuleren doorzettingsvermogen.
Wat kun je doen?
✔ Laat studenten direct een eenvoudige taak uitvoeren waarbij ze snel resultaat zien. Bijvoorbeeld: laat ze bij een schrijfopdracht niet meteen een heel adviesrapport maken, maar eerst alleen de kernboodschap in drie zinnen opschrijven.
✔ Werk met levels: start met een eenvoudige opdracht en bouw geleidelijk op naar complexere taken.
Door studenten eerst iets kleins te laten lukken, verhoog je hun zelfeffectiviteit (Bandura, 1993)en zijn ze gemotiveerder om verder te leren.
Geef studenten échte keuzes (Autonomie)
Studenten raken eerder betrokken als ze het gevoel hebben dat ze zelf invloed hebben op hun leerproces. Dat betekent niet dat ze mogen bepalen óf ze iets leren, maar wél hoe.
Wat kun je doen?
✔ Laat ze kiezen: bijvoorbeeld tussen verschillende opdrachten of manieren om een taak uit te voeren. Moeten ze bijvoorbeeld een presentatie geven? Laat ze dan zelf kiezen of ze dit doen met slides, een video of een infographic.
✔ Betrek ze bij de lesinhoud: vraag welke onderwerpen zij interessant vinden en bouw dat in je lessen in.
Keuzes geven betekent niet dat studenten alles mogen bepalen, maar wel dat ze ervaren dat hun mening ertoe doet. Dit vergroot de kans dat ze zich verantwoordelijk voelen voor hun eigen leerproces.
Koppel de stof aan iets wat voor hen betekenisvol is (Relatie & Betekenisgeving)
Niets werkt zo demotiverend als leerstof die als los zand aanvoelt. Studenten moeten snappen waarom iets belangrijk is. Dat gaat verder dan “je hebt dit nodig voor je diploma” – ze moeten het kunnen verbinden aan hun eigen wereld.
Wat kun je doen?
✔ Laat studenten onderzoeken waar deze kennis in hun toekomstige beroep wordt toegepast.
✔ Gebruik échte praktijkcases in plaats van generieke voorbeelden uit een boek.
✔ Laat oud-studenten vertellen hoe zij de kennis nu in de praktijk gebruiken.
Als studenten begrijpen waarom iets relevant is, zijn ze sneller geneigd om zich ervoor in te zetten. En als ze daarnaast een goede relatie hebben met jou als docent – iemand die in hen gelooft en hen serieus neemt – dan is dat een extra motivatieboost.
Dus… wat ga jij morgen doen?
Stop met wachten tot studenten intrinsiek gemotiveerd raken. Motivatie volgt uit actie, niet andersom. En actie ontstaat wanneer studenten zich competent voelen, keuzevrijheid ervaren en betekenis zien in wat ze leren.
- Geef ze een snelle succeservaring.
- Laat ze keuzes maken.
- Maak de leerstof relevant voor hun toekomst.
Als je dit toepast, zul je merken dat motivatie niet zomaar uit de lucht hoeft te komen – jij kunt het laten ontstaan. Dus, waar begin jij morgen mee? 🚀
Bronnen:
Bandura, A. (1993). Perceived Self-Efficacy in Cognitive Development and Functioning. Educational Psychologist, 28(2), 117-148. https://doi.org/10.1207/s15326985ep2802_3
Nelis, H., Sark, Y. M. van, & Bakker, A. (2021). Motivatie binnenstebuiten: Het geheim achter gemotiveerde pubers, enthousiaste leerlingen en gedreven studenten. Kosmos Uitgevers.
Ryan, R. M., & Deci, E. L. (2000). Intrinsic and Extrinsic Motivations: Classic Definitions and New Directions. Contemporary Educational Psychology, 25(1), 54-67. https://doi.org/10.1006/ceps.1999.1020
0 reacties